Nadat ik de afgelopen weken vaak op pad was zonder ook maar een vis te zien, was het afgelopen week eens goed raak. Het feest begon op donderdag, toen ik op mijn vrije middag besloot om weer eens op de fiets met de hengel op pad ging. Met die kou de afgelopen tijd ben ik toch vaak zo lui geweest om lekker in de auto te stappen…
Op de fiets vissen heeft zo zijn voordelen. Je kan binnen een gebied je wat sneller van stek naar stek verplaatsen. Als je met je auto aankomt bij een sloot is het vaak toch een kwestie van de hele sloot af lopen, terwijl ik op de fiets gewoon telkens naar specifieke hotspots fiets (bochtjes, splitsingen, inhammetjes, begroeiing, enzovoort).
Ik had besloten om terug te gaan naar het water waar ik afgelopen jaar mijn eerste snoek ooit ving. De route daar naartoe loopt door het Goudse Hout. Een natuurgebied met water wat er ik altijd superaanlokkelijk uit vind zien, maar waar ik eigenlijk nooit wat vang. Nu kwam ik echter langs een slootje waar ik een hoop beweging in het water kwam. Snel maar even afstappen dus!
Eenmaal aan de waterkant ging het maar door. Het leek wel alsof de prooivis hier een congres hield, en zo nu en dan leek het haast alsof ze de wave deden: Over een lengte van twintig meter sprongen ze dan achter elkaar uit het water. Hier zwom duidelijk ook een snoek rond. Ik heb zeker twintig minuten op dit kleine stukje water staan werpen, maar nooit wilde de snoek mijn kunstaas hebben. Wel liet hij zich een paar keer zien. Toen ik ook een enkel kringetje in een slootje er tegenover zag, was het wel na een keer gooien raak! Een mooie dikke snoek, hoog in de zestig centimeter zou ik zeggen. Ik had mijn Xiami sportcamera op mijn hoofd en heb er een filmpje van in elkaar gezet.
Ik heb het na deze snoek nog een tijdje op wat andere plekken geprobeerd, maar daar gebeurde niks meer. Blij met de beelden die ik had opgenomen vertrok ik dus maar weer lekker naar huis.
Een nieuwe visser(ij) op zaterdag
Hoewel ik mij prima in mijn eentje vermaak, leek het mij leuk om ook wat vaker met anderen te vissen. Zo ben ik dus op een visforum en op Facebook in contact gekomen met een paar roofvissers in de buurt van Gouda. Zaterdag zou ik met Frank, een echte Gouwenaar, met doodaas aan de gang. Vroeger mocht je in Nederland nog met levend aas vissen, maar dat is in 1998 verboden. Sindsdien wordt er vooral in de winter ook met allerlei doodaas gevist. Dat gebeurt dan ook wel met vis die niet in Nederlandse sloten rondzwemmen: Een zeevis als horsmakreel doet het ook goed. Ik lees altijd berichten over de goede vangsten met deze visserij en was zelf ook wel benieuwd geworden. Frank zou mij een dagje op sleeptouw nemen.
We vertrekken rond acht uur ’s ochtends met vier hengels en goede moed in de auto in zuidoostelijke richting. Na zo’n twintig minuten rijden komen we aan op de stek waar we beginnen met het optuigen van de hengels. Toch even studeren voor mij, want ik ben iets heel anders gewend. Toch zit alles er snel op en gaan we lopend verder. Ik hang een bevroren sardine onder mijn hengel en verder gaan er nog een bliekje, een voorn en een horsmakreel onder de andere hengels. Twee van de hengels die Frank mee had genomen waren nieuw, dus daar wilde ‘ie graag zelf eerst wat op vangen. De andere twee mocht ik oppakken bij een aanbeet.
Na een minuutje of twintig begint één van de dobbers te wiebelen. Van voor, naar achteren, van links, naar… Hier is een snoek de grote voorn even aan het besnuffelen. Dat gaat zo een tijdje door, dus uiteindelijk besluiten we om dan maar aan te slaan. Helaas sla ik een gat in de lucht, en is de voorn verdwenen.
Nadat de dobbers er zo’n half uurtje in lagen, begonnen we met het verplaatsen van wat materiaal om een ander stukje van de sloot te proberen. Terwijl hij één van de hengels verderop ingooit zie ik beweging op de dobber die nu voor hem het verst ligt. Op één van de heilige hengels, uiteraard. Moreel dilemma.
Ik roep nog naar ‘m, maar misschien denkt ‘ie dat ik een grapje maak? De dobber vertrekt nu echt. “Ik ga aanslaan, hoor!” Ik pak de stok op, draai de lijn strak en geef ‘m een goeie hengst. De vis hangt, duidelijk. Geen metersnoek of iets dergelijks, maar wel echt een mooi beest.
De rest van de ochtend gebeurt er niet veel meer. We denken nog een keer een wiebelende dobber te zien, maar rond een uur of één geven we het toch maar op en keren we terug. De overgebleven sardines gaan terug in de vriezer, en nieuwe plannen zijn alweer gemaakt 🙂 .
Klein rondje lopen op zondag
Op zondag had ik nog even tijd rond het middaguur dus ik besloot een rondje door de wijk te maken. Weer de camera op m’n hoofd aangezet, naar de achterkant van het huis gelopen en binnen drie keer ingooien was het al raak! Een leuk klein snoekje met nog aardig wat power. Hij had de plug bijna ingeslikt, dus ik moest even een haakje knippen en het aas er via de kieuw weer uit halen.
Na dit mooie visje had ik een stukje verderop nog een keer beet, maar deze bleef helaas niet hangen. Al met al toch een topweek: Drie dagen vissen, drie dagen vangen. Zo mag het wel vaker 😉